Add parallel Print Page Options

19 Ik zal ervoor zorgen dat ze Mij voortaan prijzen en danken. Ik geef hun vrede. Vrede voor hen die ver weg zijn (de niet-Joden), en vrede voor hen die dichtbij zijn (de Joden). En Ik zal hen genezen. 20 Maar de mensen die zich niets van Mij aantrekken, zijn zo rusteloos als de zee die wordt opgezweept door de wind. De zee komt nooit tot rust: altijd woelen de golven modder en zand op."[a]

21 Jesaja zegt: Mijn God zegt: "De mensen die zich niets van Mij aantrekken, hebben geen vrede."

Read full chapter

Footnotes

  1. Jesaja 57:20 Bedoeld wordt: Deze mensen komen nooit tot rust en blijven 'vuil' van de slechte dingen die ze doen.