Isaiah 34
Complete Jewish Bible
34 Come close, you nations, and listen!
Pay close attention, you peoples!
Let the earth hear, and everything in it;
the world, with all it produces.
2 For Adonai is angry at every nation,
furious with all their armies;
he has completely destroyed them,
handed them over to slaughter.
3 Their slain will be thrown out,
the stench will rise from their corpses,
the mountains will flow with their blood.
4 The whole host of heaven will decompose,
the heavens themselves be rolled up like a scroll;
all their array will wither away
like a withering grape-leaf that falls from a vine
or a withered fig from a fig tree.
5 “For my sword has drunk its fill in heaven;
now it descends on Edom to judge them,
the people I have doomed to destruction.”
6 There is a sword that belongs to Adonai.
It is filled with blood, gorged with fat,
filled with the blood of lambs and goats,
gorged with the fat of the kidneys of rams.
For Adonai has a sacrifice in Botzrah,
a great slaughter in the land of Edom.
7 The wild oxen will fall with them,
the young bulls with the strong, mature ones.
Their land will be drunk with blood
and their dust made greasy with fat.
8 For Adonai has a day of vengeance,
a year of requital for fighting with Tziyon.
9 Its streams will be changed to tar,
its dust to sulfur, its land burning tar
10 that will not be quenched night or day;
its smoke will rise forever.
In all generations it will lie waste;
no one will pass through it ever again.
11 Horned owl and hawk will possess it,
screech owl and raven will live there;
he will stretch over it the measuring line of confusion
and the plumbline of the empty void.
12 Of its nobles, none will be called to be king,
and all its princes will be nothing.
13 Thorns will overgrow its palaces,
nettles and thistles its fortresses;
it will become a lair for jackals,
an enclosure for ostriches.
14 Wildcats and hyenas will meet there;
and billy-goats call to each other;
Lilit [the night monster] will lurk there
and find herself a place to rest.
15 There the hoot owl will nest, lay her eggs,
hatch and gather her young in its shade.
There the vultures will assemble,
every one with its mate.
16 Consult the book of Adonai and read it:
not one of these will be missing,
none will be lacking a mate.
For by his own mouth he gave the order,
and by his Spirit he brought them together.
17 It is he who cast the lot for them,
his hand measured out their shares.
They will possess it forever,
and live there through all generations.
Jesaja 34
BasisBijbel
Gods straf over Edom
34 Jesaja zegt: Volken, kom dichterbij om te luisteren naar wat ik zeg. Landen, let op! Laat de hele aarde goed naar mij luisteren! 2 De Heer is woedend op de volken en op hun legers. Hij heeft besloten al die legers te vernietigen en af te slachten. 3 Overal in het rond zullen de doden liggen. De stank van hun lijken zal opstijgen. De bergen zullen druipen van het bloed. 4 De sterren zullen verbleken. De hemel zal verdwijnen als een boekrol die wordt opgerold. De sterren zullen naar beneden vallen zoals in de herfst de bladeren van de bomen vallen en de vijgen van de vijgenboom.
5 Het zwaard van de Heer is dronken van bloed. Zijn zwaard zal neerkomen op Edom.[a] Het doodt het volk dat Hij wil straffen. 6 Het zwaard van de Heer druipt van het bloed. Het druipt van vet en bloed van lammetjes, geiten en schapen. Want de Heer houdt een offerfeest in Bozra.[b] Een grote slachtpartij in het land van Edom. 7 Ook wilde buffels worden gedood. Stieren en buffels[c] zullen neervallen. Het land zal doordrenkt zijn met bloed. Het stof zal plakken van het vet. 8 Want het zal de dag van de straf van de Heer zijn. Het zal het moment zijn dat Hij de vijanden van Jeruzalem straft. 9 Het water van de beken zal in teer veranderen. Het stof zal in zwavel veranderen. Ja, de grond zal veranderen in een oven van brandende teer. 10 Die teer zal dag en nacht branden. Voor eeuwig zal de rook opstijgen. Eeuwenlang zal het land onbewoond blijven. Voor eeuwig zal er niemand meer doorheen reizen. 11 Er zullen allerlei watervogels gaan wonen. Want de Heer zal met zijn meetlint het gebied afmeten dat voortaan kaal en leeg zal zijn. 12 Er zal niemand zijn om koning te worden. Er zullen geen leiders meer zijn. 13 In de paleizen zal het onkruid groeien. Het zal er vol staan met dorens en distels. Er zullen alleen jakhalzen en struisvogels wonen. 14 De wilde dieren van de woestijn zullen er wonen met de hyena's. De duivelse geesten zullen er naar elkaar schreeuwen. Allerlei nachtdieren zullen er een plaats zoeken om te rusten. 15 Slangen zullen er nestelen en hun eieren leggen. Ze zullen ze uitbroeden en en onder zich beschermen. Ook zullen de gieren zich daar verzamelen.
16 Zoek het maar op in het boek van de Heer. Lees maar: niet één van deze dieren zal ontbreken. Ze zullen er allemaal zijn. Want ik heb het gezegd en zijn Geest zal ze bij elkaar brengen. 17 Hij heeft het land verloot en aan hen gegeven. Hij bepaalde met zijn meetlint hoe groot hun gebied zou zijn. Ze zullen er voor altijd wonen.
Footnotes
- Jesaja 34:5 Edom was Israëls oudste vijand. Hier wordt het land Edom gebruikt als symbool voor al Israëls vijanden.
- Jesaja 34:6 Bozra was de hoofdstad van Edom.
- Jesaja 34:7 Met de verschillende dieren die hier genoemd worden, worden mensen en/of volken bedoeld.
Copyright © 1998 by David H. Stern. All rights reserved.
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016