Add parallel Print Page Options

‘Nee hoor,’ antwoordde de vrouw, ‘wij mogen van alle bomen eten, behalve van die in het midden van de hof. Wij mogen hem zelfs niet aanraken, want dan zullen wij sterven.’

‘Dat is een leugen,’ zei de slang, ‘jullie zullen niet sterven.

Read full chapter

De vrouw antwoordde: "We mogen van alle vruchten van alle bomen in de tuin eten. Alleen niet van de vruchten van de boom die in het midden van de tuin staat. Daarvan heeft God gezegd: 'Van die boom mogen jullie niet eten. Jullie mogen hem zelfs niet aanraken. Want anders zullen jullie sterven.' " Maar de slang zei tegen de vrouw: "Jullie zullen helemaal niet sterven.

Read full chapter

And the woman said unto the serpent, We may eat of the fruit of the trees of the garden:

But of the fruit of the tree which is in the midst of the garden, God hath said, Ye shall not eat of it, neither shall ye touch it, lest ye die.

And the serpent said unto the woman, Ye shall not surely die:

Read full chapter